Zaklopen, kruiwagenlopen en hordelopen: de olympische meerkamp voor kinderen. Verdeel minimaal zes kinderen in teams van twee. Voor het zaklopen zijn grote (jute) zakken nodig. Voor het hordelopen kun je zelf hordes maken met flexibele takken (die je in het gras prikt) en touw. Lopen als een kruiwagen? Eén kind gaat op handen en knieën zitten, een teamgenootje pakt de benen vast en GO… Wie is het snelst aan de overkant als kruiwagen, springend in de zak of over de hordes? 

Wist je dat discuswerpen één van de oudste onderdelen is van de moderne Olympische Spelen? Ga lekker naar buiten en teken op de stoep om de drie meter een grote cirkel met tien, vijftien en twintig punten met stoepkrijt. Teken bij 12 meter een hele grote cirkel, deze telt voor 100 punten. Je kunt in plaats van cirkels tekenen ook hoepels neerleggen op een grasveld. Laat de kinderen met een frisbee gooien. Of maak zelf een discus van karton of een oude cd! Wie na vijf keer gooien de meeste punten heeft, wint! 

Met een ballon kun je veel Olympische Spelen doen, zoals tennis of (beach)volleybal. Maak je eigen tennisracket! Zoek een paar stevige takken van gelijke lengte. Bind ze aan elkaar vast met touw. Maak dan van twee stukken stevig karton de bovenkant van het tennisracket en plak deze aan het touwenbundeltje vast met tape. Met een spuitbus of verfkwasten pimp je het racket! Blaas een ballon op en spelen maar! Liever volleybal? Laat dan het racket weg en sla de bal over met je handen. Ook leuk voor op het strand!